In beverbende gaan tactiek en geheugen hand in hand. Iedere speler heeft 4 kaarten gedekt voor zich liggen en mag er maar 2 bekijken. Om beurten trekken de spelers een kaart en doen daar een actie mee. Je mag de kaart met eentje van een andere speler ruilen, of een kaart van hem beïnvloeden. Wie denkt dat hij de minste punten voor zich heeft liggen, roept 'laatste ronde', waarna de andere spelers nog één keer aan de beurt zijn. Wie de minste strafpunten heeft, wint de ronde.